Hoektanden

Hoektanden

Hengsten en ruinen hebben naast de “gewone” tanden en kiezen, ook hoektanden. Deze worden ook wel haaktanden, hengsten- of ruinentanden genoemd. Deze hoektanden werden vroeger onder natuurlijke omstandigheden vooral gebruikt in het gevecht met een andere hengst. Deze tanden vinden we soms ook bij merries. Ze zijn dan altijd kleiner dan bij hengsten/ruinen en zitten dan meestal wel onder, maar niet altijd in de bovenkaak.

Wanneer een hengstentand op een verkeerde plek in de mond zit, kan dit voor problemen zorgen. Een hengstentand zit bij een hengst of ruin zowel in de onder- als bovenkaak. In de onderkaak komt een hengstentand vaak in het vierde jaar tevoorschijn, terwijl deze in de bovenkaak vaak vanaf het vijfde jaar doorbreekt. Wanneer een hengstentand nog onder het tandvlees zit, kan het indoen van het bit pijnlijk zijn. In dergelijke gevallen, kunnen we het doorbreken een handje helpen, door het tandvlees ter plaatse in te snijden. Dit gebeurt uiteraard onder verdoving.

Een hengstentand hoeft gelukkig bijna nooit verwijderd te worden, want dit is een flinke ingreep. Wel kan deze tand wanneer het nodig is, worden ingekort. Belangrijk wel om ze niet teveel in te korten, want de kans bestaat anders dat de pulpaholte, het gedeelte van de tand met de zenuwen, wordt geopend. Eigenlijk is vaak alleen het afronden voldoende.

Overmatig tandsteen op hoektand